VERWERKINGSOPDRACHT

 

Kies per boek één verwerkingsopdracht. 

Je mag elke opdracht maar één keer kiezen.

Vergeet niet de BRONNEN te vermelden!

 

1.  Houd een interview met de hoofdpersoon van het boek.

  • Stel tenminste vijf vragen en bedenk wat de hoofdpersoon zou antwoorden. 
  • Je moet de informatie uit het boek aan de orde laten komen in je interview. 

 

2.  Schrijf/zoek een gedicht naar aanleiding van het boek. 

  • Leg uit waarom je dit gedicht hebt geschreven/gekozen

 

3.  Teken een plattegrond van een belangrijke ruimte in het verhaal

  • Leg uit wat je hebt getekend en waarom je denkt dat die ruimte er zo uit moet zien.

 

4.  Ontwerp een nieuw kaft voor het boek. 

  • Op de voorkant van de kaft komen de titel, de naam van de schrijver én de uitgever te staan. 
  • Op de achterkant komt een stukje waarin je lezers benieuwd maakt naar het verhaal (dit bedenk je zelf!)

 

5.  Maak een reclamefolder voor het boek. 

  • Vermeld de titel, de schrijver, de uitgeverij en de prijs. 
  • Natuurlijk schrijf je een korte stukje over het boek in de folder!
  • Waarom zouden anderen dit boek moeten lezen?!
  • Kijk bijvoorbeeld hier: folder maken of download de app

 

6.   Herschrijf een stuk van ongeveer 250 woorden uit het boek 

  • Herschrijf dit stuk van het verhaal zodat het in een andere cultuur speelt. 
  • Pas namen en uiterlijkheden aan.

 

7.  Kies een stuk van ongeveer 250 woorden uit het boek 

  • Herschrijf dit stuk van het verhaal alsof het in een hele andere tijd speelt
  • Bijvoorbeeld in de oorlog, in  de 19e eeuw of in de Middeleeuwen.

 

8.  Bedenk drie andere titels voor het boek.

  • Vertel duidelijk en in hele zinnen (min. 5 per titel) waarom je deze titels hebt gekozen.

 

9.  Stel je voor dat jij de schrijver bent....

  • Aan welk deel van je boek heb je met het meeste plezier gewerkt?
  • Leg uit waarom (minimaal 20 zinnen).

 

10. Maak van een gebeurtenis in het verhaal een strip van ongeveer zes plaatjes.

  • Kies een gebeurtenis met een duidelijk begin- en eindpunt.
  • Gebruik hiervoor bijvoorbeeld site van toonytool.nl.

 

11. Maak een krantenpagina bij een aantal gebeurtenissen in het boek. 

  • Zorg ervoor dat het er uit ziet als een krantenbericht of krantenpagina
  • Gebruik hiervoor bijvoorbeeld de site 'nieuws in de klas'

 

12. Herschrijf de laatste twee bladzijden.

  • Lees de laatste twee bladzijden nog eens.
  • Herschrijf het slot, zodat het boek een hele ander, verrassend einde krijgt.
  • Voeg de laatste twee bladzijden aan je verslag toe (met een foto bijvoorbeeld).

 

13. Zoek een artikel dat past bij de hoofdpersoon van je boek. 

  • Kies een duidelijk, niet te lang artikel.
  • Vertel waarom je dit artikel hebt gekozen (minimaal 10 zinnen)

 

14. Maak ongeveer 10 foto's die het verhaal vertellen bij een een gebeurtenis uit het boek.

  • De foto's vertellen het verhaal, maar je mag zelf bedenken hoe je dit in beeld brengt.
  • Leg in ong. 10 zinnen uit waarom je het zo hebt gemaakt.
  • Je kan het bijvoorbeeld zo doen

 

13. Maak van een gebeurtenis een storyboard

  • Kies een gebeurtenis met een duidelijk begin- en eindpunt
  • Welke acteurs/actrices zou je kiezen als je de film echt mocht gaan maken?
  • Kijk hier hoe je dat kan doen

 

14. Maak een AVATAR van de hoofdpersoon in jouw boek

  • Leg uit hoe je weet (min. 10 zinnen), of waarom je denkt dat de hoofdpersoon er zó uit zien. 
  • Maak de avatar bijvoorbeeld met deze app

15. Maak een collage bij je boek. 

  • Zoek tien plaatjes/foto's die bij het verhaal passen, maak hiervan een collage.
  • Leg uit waarom je de collage zo hebt gemaakt (min. 5 zinnen).
  • Een collage kun je maken met bijvoorbeeld Miframe of Flipboard

16. Maak een poster bij je boek.

  • De poster moet een beeld van het boek geven
  • Leg in min. 5 zinnen uit waarom je voor deze poster hebt gekozen.
  • Hoe je een poster kunt maken, staat bijvoorbeeld op de site

 

17. Zoek drie uitdrukkingen en/of spreekwoorden die van toepassing zijn op het boek.

  • Leg per uitdrukkingen/spreekwoorden uit waarom je die gekozen hebt
  • Zoek bij elke uitdrukking/spreekwoord een illustratie. 

 

18. Zoek een artikel over een onderwerp waarover in je leesboek wordt geschreven. 

  • Schrijf op over welk onderwerp het gaat en waarom je dit artikel hebt gekozen (±25 zinnen)

 

19. De personages in boeken reageren vaak anders op bepaalde situaties, dan jij zou hebben gedaan. 

  • Vertel over twee situaties in het boek waarop jij héél anders zou hebben gereageerd.
  • Wat zou jij hebben gedaan?

 

20. Stel dat iemand over 100 jaar dit boek leest. 

  • Krijgt die lezer een goed beeld over de tijd waarin het boek zich afspeelt?
  • Leg duidelijk uit waarom wel of niet (±20 zinnen)